Dinsdag 1 Mei 2018 – St. Malo en Carnac.

1 mei 2018 - Carnac, Frankrijk

Hoi allemaal.

We worden wakker en zien dat het buiten nog droog is. Snel ruimen we alles op, betalen voor de camperplek en rijden naar St. Malo. Overal langs de weg zitten kinderen, die kleine bosjes lelietjes van dalen verkopen. Een oude gebruik om elkaar de beste wensen voor de lente te wensen.

We parkeren onze camper op een camperplek op een steenworp afstand van “Intra Muros”, de oude ommuurde stad. Gisteren hadden we deze camperplek al gezien, maar we waren er niet gebleven omdat het verkeer er dicht langs gaat. Dat slaapt niet zo rustig.

Nu we een plek hebben gaan we eerst ontbijten. Het is maar goed, dat we hier op tijd gekomen zijn, want na het ontbijt past er geen enkele camper meer bij.

We slenteren door de straten van St. Malo. Het is druk in de straten. Iedereen is vrij op 1 mei, de dag van de Arbeid. Mmm, volgens mij zijn de Nederlanders het enige Europese volk wat werkt op 1 Mei.

De zon breekt door en de terrassen zijn goed gevuld. Wij lopen een heel stuk over de stadsmuur die de hele stad omsluit. We bezoeken de oude kerk(waar Thea een kaarsje aansteekt voor moeder en nog even een Ave Maria laat horen om de akoestiek te testen, wat ze tot nu toe in elke kerk gedaan heeft) en genieten van de oude gebouwen. Het is een prachtige stad.

Na ons bezoek aan de stad is het tijd voor een lunch in de camper.

Dan rijden we door naar Carnac. We vinden nog een plek voor de camper op de camperplek midden in het dorp. We zetten de camper op de handrem en lopen naar het bezoekerscentrum bij het Menhir veld van Carnac. Daar aangekomen gaan we een rondrit met een klein treintje maken langs alle bekende plekken in en om Carnac. Onderweg krijgen we een geweldige bui regen op het treintje en we houden het nog maar net droog omdat het treintje aan één kant open is.

In het treintje kan je een hoofdtelefoon op doen met uitleg (ook in het Nederlands) van wat er buiten te zien is. De hele rit duurt een klein uurtje.

Na deze rit lopen we terug naar de camper voor het avondeten. Buiten is het koud en nat, dus we brengen de rest van de avond in de camper door.

Liefs,

Thea en Harry

St. Malo:

Saint-Malo, Bretons: Sant-Maloù, Gallo: Saent-Malo, is een havenstad in Frankrijk. Het ligt aan de kust aan het noorden van Bretagne.

De oude stadsmuur is nog aanwezig. Het stadsdeel binnen de muur wordt Intra-Muros genoemd. Aan de grote toegangspoort bevindt zich het kasteel, dat nu deels stadhuis en bibliotheek is, maar ook een aantal musea bevat. In de oude stad is de kathedraal Saint-Vincent een bezienswaardigheid.

Geschiedenis

De oudste nederzetting op de grond van het huidige Saint-Malo zou wel het Gallisch-Romeinse Alethum (Aleth) geweest zijn, dat op het schiereiland Cité d'Aleth van het huidige stadsdeel Saint-Servan heeft gelegen. De stad werd in de 6e eeuw gesticht door een Ierse monnik Machutus, Maclow of Maclou, later Malo. Hij werd in het midden van de 6e eeuw tot bisschop van Aleth gekozen. Wegens de voortdurende invallen van de Noormannen, vluchtten de meeste inwoners van Aleth in de 9e eeuw naar het naburige rotseiland waar zich ook het graf van de bisschop, de Heilige Malo, bevond. Ze stichtten daar een nieuwe nederzetting. Aleth bleef weliswaar nog bewoond, maar in de 12e eeuw werd de nederzetting de zetel van de bisschop van Aleth, naar het rotseiland verplaatst, dat nu de naam Saint-Malo kreeg.

In de 12e eeuw verhuisden de bewoners nog meer naar de kust en kozen om strategische redenen voor het schiereiland. In 1236 werd Aleth in de oorlog tussen koning Lodewijk IX en de hertog van Bretagne, volledig verwoest. Saint-Malo groeide zo sterk uit, dat de bevolking al tegen het einde van de 13e eeuwniet meer genoeg plaats had op het rotseiland Saint-Malo. Geleidelijk trok een deel van de bevolking weer terug naar het gebied van het toenmalige Aleth. Daar ontstond een voorstad die van Saint-Malo afhankelijk werd en die naar een lokale heilige Saint-Servan werd genoemd. De voorstad ontwikkelde zich zo voorspoedig, dat ze op den duur tot een rivaal van Saint-Malo uitgroeide.

In de conflicten tussen de koningen van Frankrijk en de hertogen van Bretagne; tussen deze en de bisschoppen van Saint-Malo; alsmede in de Honderdjarige Oorlog tussen Engeland en Frankrijk, streden de inwoners van Saint-Malo voor een zo groot mogelijke zelfstandigheid. In het verloop van de oorlogen met de hugenoten, eisten ze onbeperkt zelfbestuur voor zich op en Saint-Malo onderhandelde, als een Middeleeuwse Zeerepubliek met zeemachten zoals Portugal. Vanaf de 16e eeuw deden de zeelieden van Saint-Malo aan zeeroverij en kaapvaart, die vooral en met veel succes op Engeland was gericht. Robert Surcouf (1773-1827) was de kaperkapitein bij uitstek voor Saint-Malo en voor de jonge Franse Republiek. Hij werd de eerste ereburger van zijn stad. De zeevaartkunde leidde ook tot de ontdekking van Canada in 1534 door Jacques Cartier (1491-1557) uit Saint-Malo. Deze ontdekking bracht veel voorspoed voor Saint-Malo, dat een bloeiende handel in beverpelzen zag ontstaan. In 1661 kwam hieraan een einde, toen de stad door een brand geheel werd verwoest. Om herhaling te voorkomen werd de stad onder Vauban volledig herbouwd in graniet. In 1789 bereikte Saint-Servan de uiteindelijke afscheiding van haar buurtstad Saint-Malo.

Saint-Malo in de Tweede Wereldoorlog

In de Tweede Wereldoorlog maakten Saint-Malo en Saint-Servan deel uit van het Duitse verdediging- en vestingsysteem dat zich van Cancale, aan de westkust van de baai van Mont Saint-Michel, tot aan de monding van de Frémur bij Saint-Briac-sur-Mer uitstrekte. Het middelpunt van het verdedigingssysteem was het schiereiland Cité d'Aleth. Daarnaast waren de belangrijkste verdedigingssteunpunten het kleine rotseiland Grand Bé, ruim 300 meter ten noordwesten van de Tour Bidouane, het circa 3,5 km verder ten noordwesten gelegen eiland Cézembre, en de Pointe de la Varde. 
Na de landing van de geallieerden in Normandië op 6 juni 1944, werd het oude deel van Saint-Malo, de Intra-Muros of de Ville Close, voor meer dan 70% verwoest. Het is na de oorlog weer opgebouwd, overwegend in de oorspronkelijke 18e-eeuwse stijl.

In 1967 ontstond een nieuwe stad, bestaande uit Saint-Malo, Saint-Servan en Paramé, een gehucht dat zich sinds zijn fusie met de grote stad, dankzij zijn stranden, tot badplaats heeft ontwikkeld.

Bezienswaardigheden

Ville Intra-Muros, de oude stad binnen de stadsmuren

Kasteel van Saint-Malo

Het graf van Chateaubriand op het eiland Ile de Grand Bé

De kathedraal Saint-Vincent

Het Grand Aquarium

De oudste en de op een na grootste getijdencentrale ter wereld, de Waterkrachtcentrale Rance in de monding van de Rance

In de onmiddellijke omgeving ligt de Mont Saint-Michel.

Het Grand Aquarium bevindt zich net buiten de stadsgrenzen. Het werd in 2001 volledig vernieuwd, toen het vijf jaar bestond. Men kan hier onder andere een reis met de onderzeeër 'Nautibus' maken.

Een wandeling op de versterkte muur van 1,8 km lengte, met uitzicht over de zee, is populair.

Carnac:

Carnac, Bretons: Karnag, is een plaats aan de zuidkust van Bretagne in Frankrijk, bekend vanwege de talrijke prehistorische monumenten die in de omgeving te vinden zijn. Deze monumenten bestaan uit grote stenen of megalieten, in patronen of afzonderlijk opgetrokken.

Geschiedenis

De Megalieten van Carnac zijn rijen van menhirs op verschillende plekken in Carnac in Frankrijk.

De stenen staan over een afstand van 8 km over 4 gehuchten in Carnac. Bekende steenpatronen in Carnac zijn die van Le Menec en Kermario. Er staan ook enkele heel grote megalieten en één van rond de 20 meter hoog. Hij heeft echter de tand des tijds niet overleefd. Hoe de - vaak zeer grote - stenen op hun plaats gebracht werden is tot op heden grotendeels een raadsel.

In Le Menec staan 11 rijen van menhirs bijna evenwijdig aan elkaar. Ze zijn gerangschikt van groot naar klein en zijn tussen de 3,7 m en de 1 m hoog.

In Kermario zijn ook meerdere grafheuvels gevonden en wordt daarom ook wel plaats der doden genoemd. De stenen staan over een afstand van 1,2 km waarbij de hoogste stenen tot 7m reiken.

in Kerlescan lopen 13 evenwijdige lanen met 540 menhirs in een vierkantvorm. In een veld ietwat verder staan er nog eens een 100-tal. Vermoed wordt dat deze vroeger tot een geheel hebben behoord.

In totaal resteren er nu nog ongeveer 2600 van de oorspronkelijke naar schatting 11.000 stenen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen (alleen)staande stenen (in Frankrijk menhirs genoemd), steencirkels (in Groot-Brittannië cromlechs genoemd) en grafheuvels (dolmens of tumuli).

Gebruik

Vermoedelijk zijn deze stenen monumenten verbonden met prehistorische sjamanistische rituelen en werd rond 5000 v.Chr. begonnen met de bouw ervan. Daarmee zijn het de oudste bouwwerken in Europa.

Men vermoedt dat de heel grote megalieten dienden als een soort observatorium.

Sommige onderzoekers suggereren dat veel van deze monumenten gekoppeld waren aan rituelen rond de zon en de maan, het zouden een soort kalenders geweest kunnen zijn. De Kelten, die rond 400 v.Chr. in dit deel van Europa arriveerden, maakten gebruik van deze monumenten voor hun religieuze ceremoniën.

en raadsel.

Carnac-Plage ligt slechts 3 km ten zuidoosten van de kruising van Plouharnelaan de Baie de Quiberon. Omdat zich in de nabijheid de belangrijkste monumenten van de megalithische cultuur bevinden, wordt het vaak de hoofdstad van Bretagne van vóór onze tijdrekening genoemd. Met Carnac-Plage is Carnac echter ook een herstellingsoord met een gezond klimaat, alsmede het centrum van thalassotherapie. Het strand voor Carnac-Plage is erg voorlandig. Als men 300 à 500 meter de zee in loopt, staat men bij laag water nog altijd slechts tot de borst in het water.

Van reisblog naar fotoboek
Laat een prachtig fotoboek afdrukken van je verhalen & foto's. Al vanaf € 21,95.
reisdrukker.nl